Mijn cliënt is een expert geworden in denken, ze denkt wat af in haar leven. Zoveel dat ze er af en toe volkomen passief van wordt. Ze bedenkt hele ‘stambomen’ van mogelijkheden voor een situatie.
Ooit was dat heel zinvol, het heeft haar geholpen om te ‘overleven’.
Dat klinkt wellicht wat theatraal maar, dat is wat je als kind doet. Niet de goedkeuring van je ouders krijgen, betekent dat je er niet mag zijn, dus pas je je aan. Maar je eigenheid is nu juist de kern van het bestaan. Er zijn, er mogen zijn, in alle volheid van wie je bent.
Als kind leren we manieren om te kunnen hebben wat er is. Een onveilige situatie thuis, gebrek aan steun, de eenling op school, geen liefde krijgen. En zo zijn er vele redenen waarom je je aanpast als kind. Als kind ga je een manier ontwikkelen om de situatie te kunnen hebben. Je kopieert eigenschappen van je ouders, want zij zijn je voorbeeld.
Je probeert te ‘overleven’ in de situatie en verliest daardoor een deel van je eigenheid. In de jaren die daarop volgen ontwikkel je de eigenschappen die je gekopieerd hebt van je ouders en je wordt er echt een expert in.
De kunst is dan niet om die eigenschappen af te leren, maar om te leren er bewust in te kiezen wanneer je ze wel en wanneer je ze niet in zet.
Daarnaast kun je nieuwe manieren leren om met gelijke situaties om te gaan. Beiden dragen bij een completer mens te worden.
Mijn cliënt heeft al een paar mooie stappen gemaakt en ervaart meer vrijheid en eigenheid. Iets wat de omgeving haar niet altijd in dank af neemt. Dat is één van de lastige consequenties van veranderen.